Alles over wol
Wol, veel van onze producten zijn ervan gemaakt. Maar wat is wol? Hoe wordt wol geproduceerd? Welke wolsoorten zijn er en wat zijn hun specifieke eigenschappen? Is het altijd diervriendelijk? En hoe onderhoud je je wollen producten nou het beste? Kriebelt wol eigenlijk? In deze blog vertellen we je alles wat je wil weten over het materiaal wol en zijn vele toepassingen.
Inhoudsopgave
- Wat is wol?
- Hoe worden wollen producten gemaakt?
- Wolsoorten
- Is wol een diervriendelijk product?
- Kriebelt wol?
- Eigenschappen van wol
- Onderhoud van wol
- Is wol duur?
- Ook leuk, uitdrukkingen met wol
Wat is wol?
Wol onderscheidt zich van haar, wat wij als mensen hebben, in dat wol schubben heeft. Hierdoor wordt de huid van het schaap of de geit beschermd tegen beschadigingen. Een schaap kan dan ook zonder schade door doornige begroeiing lopen, in tegenstelling tot bijvoorbeeld een koe, of natuurlijk een mens. Verder is wol gekroesd. Het heeft tot 20 bochten per 2,5 centimeter. Hierdoor wordt de lucht goed vastgehouden, waardoor wol goed isoleert en het dier dus goed warm houdt. Deze isolerende buitenlaag voorkomt dus dat een schaap zijn lichaamswarmte verliest. Beide eigenschappen, de schubben en de kroes, maken dat wol ook makkelijk gesponnen kan worden. De vezels haken namelijk makkelijk in elkaar en blijven daarna aan elkaar vast zitten.
De wol die op een schaap groeit is niet overal gelijk, waardoor ook de kwaliteit verschilt. Je hebt wol van de flanken, de schouders en de rug, maar ook wol van de dijen en van de buik.
Hoe worden wollen producten zoals plaids gemaakt?
Scheren
Zoals gezegd, wol komt van dieren. Het meest bekend is natuurlijk wol dat van schapen komt. Maar wist je dat ook een aantal andere diersoorten produceren? Hierover zometeen meer. Dieren die een wollen vacht hebben moeten natuurlijk geschoren worden. Niet alleen omdat wij als mens graag de wol willen gebruiken. Maar ook voor het schaap is het beter om de wol kwijt te raken zodat ze een nieuwe verse wollen vacht kunnen laten groeien.
Schapen worden elk jaar in het voorjaar geschoren. Een ervaren scheerder kan tot ongeveer 150 schapen per dag scheren. Tijdens het scheren blijft ongeveer 2 centimeter wol staan. Na het scheren wordt de vacht opgerold en verpakt in grote balen en is klaar voor de volgende stap.
Reiningen
De wol die van een schaap afkomt is vervuild met onder andere vet, zweet, gras en andere plantaardige resten. Rond de anus van het schaap zit ook ontlasting. Door de wol te wassen, wordt het vuil verwijderd. Voor het spinnen is het echter beter dat de wol nog enigszins vet is dus de wol moet slechts mild gewassen worden. Van nature bevat wol lanoline. Dit is een grondstof die onder andere in cosmetica wordt gebruikt.
Kaarden
Na het wassen wordt de wol gekaard, een soort kammen. Daarbij worden de vezels ontward. Vroeger werden hiervoor de vruchten van een plant, de kaardenbol gebruikt, vandaar de naam kaarden. Het kaarden gebeurt tegenwoordig met een kam met stalen punten. Machinaal gebeurt dit met een snel ronddraaiende cilinder voorzien van stalen punten of zelfs een naaldenbed. Met het kaarden verdwijnen ook de laatste restanten vuil. Na het kaarden kan er eventueel direct gesponnen worden. Voor een fijner resultaat moet echter eerst nog gekamd worden. Om een betere regelmatigheid in het uiteindelijke garen te krijgen, moeten er ook een aantal rek- en doubleerpassages toegepast worden, waarbij de lont steeds regelmatiger en dunner wordt.
Spinnen
Hoe fijner de wolvezel, des te dunner kan de draad gesponnen worden. Tijdens het spinnen wordt de wol in elkaar gedraaid. Hierdoor worden de vezels met elkaar verbonden en wordt de draad sterker. Het aantal draaiingen waarmee het garen gesponnen wordt, noemt men de hoeveelheid twist. Door te spinnen ontstaat een stevige draad.
Twijnen
De enkele draad die na het spinnen is ontstaan, wordt met één of meer andere draden in elkaar gedraaid, waardoor een dikker en steviger resultaat ontstaat. Dit in elkaar draaien van meerdere draden heet twijnen en gebeurt meestal in de tegengestelde draairichting van het spinnen om zo het volume en de sterkte te verbeteren. Hierdoor wordt voorkomen dat de draden overtwist worden en de extra sterkte door het twijnen weer verliezen.
Verven
Het verven kan in verschillende stadia van de productie van wol plaatsvinden, bijvoorbeeld voor het spinnen of pas na het weven. Van oudsher werden vooral planten gebruikt als kleurstoffen. Wouw, wede en vooral meekrap waren vroeger veel gebruikte verfplanten. Naast plantaardige stoffen kunnen chemische verfstoffen gebruikt worden. Tengewoordig zie je steeds meer een hang naar verfstoffen met een natuurlijke oorsprong. Het belangrijkste is dat een verfstof niet giftig is en dus geschikt is voor gebruik door de mens. Na het twijnen kunnen de draden geweven of gebreid worden zodat een lap ontstaat. Een lap is te gebruiken voor kleding of natuurlijk als deken of plaid.
Weven
Weven is het vervlechten van horizontale en verticale groepen draden tot een lap textiel. Het is een zeer oude techniek waarop heel veel varianten bestaan. Voor het weven spant men een aantal draden in verticale richting parallel op. De constructie waarop dit gebeurt heet scheren. De opgespannen draden heten daarom schering. De scheringdraden (of kettingdraden) moeten soms gelijmd (gesterkt) worden om meer veerkracht en weerstand te hebben tegen breuk tijdens het weven. Vervolgens worden één voor één andere draden haaks hierop, op horizontale wijze tussen de schering door, in het weefgetouw ingelegd. Deze draden heten inslagdraden. Deze draden worden strak tegen elkaar aangedrukt door middel van een zogenaamd ‘riet’. Door in een bepaald patroon de kettingdraden op te tillen of te laten vallen, ontstaan bepaalde ingeweven patronen (bindingen), die soms heel ingewikkeld kunnen zijn.
Weeftechniek in de fabriek
Tot het midden van de twintigste eeuw werden de inslagdraden met behulp van een schietspoel in het weefsel geweven. Deze schietspoel is een schuitvormig blokje, waarin een spoel met draad tijdens het heen en weer bewegen wordt afgewikkeld. Bij modernere weefmachines worden de inslagdraden ingebracht met ofwel starre stangen (bij zware weefsels zoals tapijten), met een klein metalen projectiel of de inslagdraden kunnen ingebracht worden met luchtdruk en/of waterstraal. Het soort weefgetouw en de gebruikte techniek om de inslagdraden in te weven worden meestal bepaald door het soort weefsel dat men wenst te weven. Het weefproces heb ik uitgebreid kunnen zien tijdens mijn bezoek aan John Hanly.
Breien
Met wol kun je natuurlijk ook breien. Breien is een techniek om van een draad met behulp van twee of meer naalden een lap textiel te maken. Samen met weven is breien de belangrijkste techniek om textiel te vervaardigen. Dit breien gebeurt in de meeste gevallen met twee breinaalden of -pennen. Die hebben aan een kant een scherpe punt, aan de andere een knop die voorkomt dat de lussen er af kunnen glijden. Soms worden een of meer hulpnaalden gebruikt, bijvoorbeeld voor het breien van kabels. Het breien van ronde delen, zoals een sok of een naadloze mouw, gebeurt met behulp van vier breinaalden zonder knop. Gebreide stof bestaat uit aaneengeschakelde lussen en is elastisch. Tot in de 20e eeuw was breien een gebruikelijke manier om kleding te maken. In boerenfamilies was breien heel gewoon en werd door zowel mannen als vrouwen gedaan.
Moderne textielindustrie
In de moderne textielindustrie worden allerlei kledingstukken met breimachines gebreid. De plaids van Knit Factory worden in één van de laatst bestaande breifabrieken van Nederland gebreid. Voor de industriële revolutie van de 18e en 19e eeuw werden er verschillende toestellen uitgevonden om het breien te makkelijker maar vooral sneller te maken. Daarna kwam mechanisch breien steeds meer in opgang. Aan het einde van de 19de eeuw produceerden fabrieken in Europa breiwerk met veel hogere snelheden en veel lagere kosten dan daarvoor mogelijk was.
Breien tijdens de Tweede Wereldoorlog
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd thuis breien echter een economische noodzaak. Vrouwen stopten en herstelden kleding en gaven oud garen een tweede leven door het te ontrafelen, te ontkreukelen en opnieuw te breien. Ook breidden vrouwen aan het thuisfront kleding als sokken, mutsen, sjaals, en truien voor de troepen. Mede door de associaties van breiwerk met de soberheid en armoede van de oorlog, verdween breiwerk na de Tweede Wereldoorlog zo goed als volledig uit de haute couture van bijvoorbeeld Christian Dior, die toonaangevend was in de jaren 50.Wel onderhielden vrouwen hun vaardigheden als hobby.
Vilten
Vilten is een oude techniek om wol te verwerken. Het vervilten van wol noemt men ook wel vollen. Vroeger werden hiervoor volmolens gebruikt. Voor het maken van vilt kun je wol van een mindere kwaliteit gebruiken. Na het kaarden legt men de wol kruiselings neer. Vervolgens gaan ze de wol inwrijven met warm water en zeep. Door voortdurend te kneden grijpen de weerhaakjes die aan de wolvezels zitten in elkaar en wordt het water uit de wol geperst waardoor er uiteindelijk vilt ontstaat. De vilt moet daarna plat geperst worden. Vervilten van wol kan ook per ongeluk gebeuren, bijvoorbeeld bij te heet wassen (zie ook verderop bij Onderhoud van wol).
Wolsoorten
Er zijn verschillende soorten wol. Het onderscheid wordt gemaakt op diersoort, dus van welk dier de wol afkomstig is. Elke soort wol heeft zijn eigen specifieke kenmerken en eigenschappen. Ik geef je hier een overzicht van de meest voorkomende wolsoorten.
Mohair
Mohair is de naam voor wol van de geit, de angorageit. Angora geiten produceren een zeer mooie, luxe en ongelooflijk duurzame wolsoort. Angora geiten hebben lange haren met weinig krul. Dit materiaal voelt erg zacht aan. Plaids van mohair zijn dik, wollig (bijna harig) en zacht.
Merino wol
Het merinoschaap is een van de bekendste schapenrassen in de wereld. Merinoschapen worden vooral gehouden en ook geprezen om hun mooie kwaliteit wol. In Nederland zijn merinosschapen een zeldzaamheid dus je kunt er van uit gaan dat merinowollen producten van wol uit het buitenland komen. Een merinoschaap kan wel vijf kilo wol per jaar produceren. Per vierkante centimeter groeien bij een merinoschaap tien keer zoveel haartjes als bij een gemiddeld ander schaap. Je ziet het ook aan aan hun uiterlijk, merinoschapen zijn stevige dieren. Het merinoschaap blinkt niet alleen uit in de hoge wolproductie maar ook in de bijzondere kwaliteit van de wol. De wol heeft een zeer fijne structuur en is daarom geschikt voor vele toepassingen. Merinowol is warm en ademt goed. Daarom zie je veel outdoor kleding van merinowol. Je kan er goed in bewegen, het zweet niet en het houdt je goed warm. Daarnaast is merino net wat zachter en soepeler dan veel andere wolsoorten. Merinowollen plaids zijn stevig en heerlijk warm.
Lamswol
Lamswol komt, zoals de naam al zegt van het lam, het jonge schaap. Lammeren zijn al geschikt om te scheren en juist het scheren is goed voor hun wolproductie en om hun vacht gezond en in conditie te houden. Lamswol is erg zacht en prikt eigenlijk niet. Lamswollen plaids zijn zacht. Ze kunnen dun of dikker geweven zijn.
Schapenwol (of pure wol)
Pure wol wordt ook wel scheerwol genoemd. Dit materiaal is afkomstig van het schaap. Het is een veel voorkomende wolsoort die al eeuwenlang bekend is bij de mens. Plaids van pure wol zijn stoer en lijken erg op de ouderwetse wollen dekens van vroeger.
Alpaca wol
Alpaca’s worden ook wel berglama’s genoemd. Ze leven in Zuid-Amerike en met name in Peru. Men houdt ze om hun wol. De alpacavezels zijn halfhol, fijn en dun en ze pillen niet snel. Ook is het materiaal niet zwaar. Alpacawollen plaids zijn mooi dun, ze voelen aan als een sjaal en prikken niet.
Angorawol
Angorawol wordt geplukt van konijnen op een zeer dieronvriendelijke manier. Ookinhetpaars verkoopt uiteraard GEEN dieronvriendelijke producten en je zult dus ook geen angorawol bij ons vinden. Ik krijg regelmatig vragen of opmerkingen over de mohair plaids. Mensen verwarren mohair namelijk vaak met de angorawol waar je terecht zoveel negatieve verhalen over hoort. Maar wees dus gerust, mohair komt van geiten en die worden gewoon als schapen diervriendelijk geschoren.
Is wol een diervriendelijk product?
Zoals ik hierboven al schrijf, is helaas de wol van de konijnen, angorawol, niet diervriendelijk. Dit komt door de manier waarop ze de wol van het dier weghalen, namelijk door het te plukken. Een ruw en dus erg dieronvriendelijk proces. Daarnaast hoor je veel verhalen over de mogelijke dieronvriendelijke manier van merinwol productie.
Merinowol diervriendelijk of niet?
Veel merinowol komt uit Australië, hier maken ze helaas nog gebruik van dieronvriendelijke methoden.
In Australië maken ze gebruik van mulesing. Wat is mulesing precies? Mulesing is het wegsnijden, of eigenlijk knippen (met mulesing shears) van delen van de huid rond het achterste van een schaap. Het doel hiervan is om een wolvrij gedeelte te creëren waar minder urine- en poepvlekken in komen. Dit verminderd het aanlokken van de blowfly die hier zijn eitjes gaat leggen en waarvan de larven bij uitkomst het schaap gaan aanvreten. Mulesing wordt alleen gedaan in Australië waar het probleem met de blowfly aanwezig is. De Australische boeren hadden in 2004 toegezegd dat ze in 2010 zouden stoppen met mulesing, maar dat is niet gebeurd. De alternatieven voor mulesing, bijvoorbeeld medicatie, zijn namelijk duurder.
Dierenwelzijn vinden we belangrijk
Gelukkig is er ook diervriendelijke merinowol, met name afkomstig uit Europa. Uiteraard komen onze merinowollen plaids van merinowol die diervriendelijk is geproduceerd. De diervriendelijkheid geldt overigens uiteraard voor al onze producten. Onze wollen plaids en wollen kussens zijn allemaal van diervriendelijk geproduceerde wol. Daarnaast hebben een aantal merken een keurmerk. Zo zijn de alpacawollen plaids en kussens van Elvang fairtrade en zijn de lamswollen Klippan plaids en babydekens van Klippan eco gecertificeerd.
Dus over het algemeen is wol diervriendelijk geproduceerd. Let bij het kopen van een wollen product vooral op dat het geen angorawol is en als het merinowol is, waar deze merinowol vandaan komt.
Kriebelt wol?
Een belangrijke vraag is: welke wol kriebelt niet? Wolvezels variëren in dikte tussen 10 en 40. De dunste vezels geven over het algemeen de minste irritatie op de huid. Maar ook de manier van weven speelt mee of het kriebelt. Sommige mensen kunnen zelfs niet tegen de fijnste wol, en worden gek van het gekriebel. Het kriebelen is dus echt iets persoonlijks. Waar de een alle soorten wol vindt kriebelen heeft de ander nergens last van. Ik krijg vaak vragen: welke wol prikt? Omdat het dus zo persoonlijk is, is het lastig om iemand in algemene zin te adviseren of iets kriebelt of prikt.
Afhankelijk van het gebruik
Het verschilt natuurlijk ook hoe je het gebruikt. Kleding zit meer op je huid dan een plaid die je ‘s avonds over je heen trekt als je op de bank zit. Kijk je naar de wollen plaids in onze webshop dan kun je er van uit gaan dat de alpacawollen plaids en de lamswollen plaids (met name die van John Hanly) het minste kriebelen. Deze zijn namelijk het gladst geweven. Deze plaids zijn ook wat dunner. Wil je een dikkere plaid die niet kriebelt kies dan voor de cashmere plaids. Door het cashmere dat zijdezacht is, kriebelen deze plaids ook niet. Wil je dit niet, dan is een goed alternatief natuurlijk een katoenen plaid. Een aantal katoenen plaids zijn dubbel geweven waardoor ze ook heel warm zijn.
Eigenschappen van wol
-
Het is warm
Wol is een goede isolator tegen kou. Dit komt omdat er tussen de kleine gekrulde vezels van de wol veel stilstaande lucht bevindt. En lucht isoleert en houdt de warmte dus vast.
-
Het ventileert
Wol beschikt over het grootste absorptievermogen van alle natuurlijke vezels. Daardoor is het zo’n uitstekende antitranspirant. Wol neemt alle vocht gemakkelijk op en ademt het vocht als het ware ook weer uit. Wanneer de wolvezel damp absorbeert, staat het tegelijkertijd warmte af.
-
Het is licht
De vezels van een dikke schapenvacht zijn erg licht. Een wollen plaid is, naast heerlijk warm, ook zacht en vol volume.
-
Het is zelfreinigend
In elke schapenvacht bevindt zich lanoline, het natuurlijke wolvet. Het maakt de wol zelfreinigend, bacterie werend en vuil afstotend.
-
Het is vormvast
Een wolvezel is enorm elastisch, als je deze uitrekt, krijgt de vezel snel haar oorspronkelijke lengte en vorm terug. Het is dus een zeer veerkrachtige vezel, waardoor wollen kleding zacht aanvoelt. Het kan kreuken maar de kreukels verdwijnen ook weer snel. Dankzij die veerkracht zijn wollen stoffen goed kreukherstellend. Wol kan ook veel vocht opnemen uit de omringende lucht zonder zelf vochtig aan te gaan voelen of een verandering van de vormvastheid te krijgen.
-
Het heeft een lange levensduur
Het materiaal heeft een zeer lange levensduur: maar liefst zo’n tachtig jaar. Tijdens die hele periode behoudt het materiaal haar natuurlijke, goede eigenschappen. Ik hoor vaak dat mensen nog een ouderwetse deken van oma hebben liggen die nog steeds mooi en goed is.
-
Het is duurzaam
Wol is een vernieuwbare grondstof: op een natuurlijke manier krijgt het schaap immers een nieuwe vacht. Bovendien is wol 100% recyclebaar. Het neemt stoffen op en verlaagt het CO2-gehalte in de lucht. Schapenwol is dus een natuurlijke klimaatverbeteraar!
-
Het werkt brandvertragend
Het is een relatief veilig materiaal bij een brand. Het verbrandingspunt ligt rond de 600º Celsius. Wol vormt geen (brandende) druppels die voor uitbreiding van de brand kunnen zorgen.
-
Het voorkomt schimmel
Schimmels krijgen weinig kans bij dit materiaal. Zij hebben namelijk warmte nodig en een relatieve luchtvochtigheid. Omdat wol dat zelf reguleert, zal er geen klimaat ontstaan waarin schimmels zich makkelijk ontwikkelen.
Onderhoud van wol
Kan ik wol wassen? Het is een stevig weefsel. Het kan tegen weer en wind, maar zolang het aan het schaap zit komt het natuurlijk niet in aanraking met zeep en warm water. En de combinatie van wol met warm water en zeep hebben we gezien kan leiden tot vervilten. Een groot voordeel van wol is zijn van nature vuil afstotende eigenschappen. Daarom is even luchten van een wollen plaid meestal ruim voldoende. Laat je wollen plaid af en toe buiten luchten, vooral als het een beetje mistig is. Hij is dan weer heerlijk fris. Mocht het toch nodig zijn, als er bijvoorbeeld echt vlekken in zijn gekomen dan raden wij aan de plaid chemisch te laten reinigen (stomen). Zo hou je het langste plezier van je plaid.
Welke plaids kan ik wassen?
Gelukkig kunnen een aantal van onze wollen plaids en dekens wel in de was. Bijvoorbeeld erg praktisch als je een plaid wil gebruiken in een huis met kinderen. De wollen dekens en plaids van Silkeborg Uldspinderi en de plaids en babydekens van Klippan mogen in de was. Gebruik weinig wasmiddel en was de plaid of deken met de hand in lauw water of in de wasmachine met een voorzichtig wolwas programma. Let altijd op het etiket met de was voorschriften. Laat een wollen plaid of deken nooit centrifugeren. En laat ‘m altijd liggend drogen.
Is wol duur?
Onze wol is diervriendelijk geproduceerd. Bij ecologisch verantwoorde of fairtrade wol zijn geen chemicaliën gebruikt waardoor de productie wat lager ligt. Dit bepaalt mede de prijs van de wol. Het materiaal is duurzaam en van goede kwaliteit. Je doet je leven met een wollen deken. Veel mensen hebben nog een oude deken van oma in hun kast (of zelfs op hun bed) liggen. Als je het zo bekijkt is het de prijs wel waard, vind ik.
Ook leuk, uitdrukkingen met wol
We hebben al kunnen lezen waar de uitdrukking schering en inslag vandaan komt. ‘Veel geblaat en weinig wol’, of ‘Veel geschreeuw maar weinig wol’, maar ook ‘Veel wol weinig truien’betekent allemaal dat er meer rumoer is dan inhoud. ‘Onder de wol kruipen’ is gaan slapen. Vroeger sliep natuurlijk iedereen onder wol. Sinds het dekbed zijn intrede heeft gedaan is eigenlijk iedereen daarop overgestapt. Je ziet echter nu een tendens dat toch steeds meer mensen overgaan op weer slapen onder een wollen deken. Als je de eigenschappen van dit materiaal hebt gelezen snap je dat wel, het houdt je warm maar ademt ook en is dus nooit te warm. ‘Door de wol geverfd zijn’ – zeer ervaren zijn. Deze uitdrukking zou kunnen komen van dat de verf helemaal door de wol getrokken moet zijn. Dan kennen we nog ‘Wollige taal’ – veel gebruik van weinig zeggende woorden.